woensdag 24 oktober 2007

Week 30/09/07 - 06/10/07


Leerlingen aan de schoolpoort van het CFP

Maandag is het zover, de eerste schooldag. Gelukkig ben ik niet te vermoeid van mijn trip gisteren naar Kiénékui (Basso). Ik ben niet echt zenuwachtig, ik weet wat ik ga doen tijdens mijn eerste les. Toch is er een beetje onzekerheid. Het is niet de eerste keer dat ik voor een groep in het Frans zal spreken, maar wel dat ik twee uur lang voor een groep zal spreken. Zal ik uit mijn woorden geraken en zal ik het volhouden? Ik zal lesgeven op de school CFP te Nouna, het Centre Professionnel de Formation, een referentie in de regio. Zelfs in Dedougou, de toch grotere hoofdplaats van de naburige provincie Mouhoun, is er geen technische school als deze. Als ik op school aankom, blijkt al gauw dat er de eerste twee dagen nog helemaal geen les gegeven wordt. Vandaag kuisen de leerlingen de klassen uit en morgen volgt een algemene schoonmaak van de school, dwz onkruid uittrekken en de ‘speelplaats’ in orde brengen. Bovendien is de uurrooster nog helemaal niet in orde. Door het tekort aan leerkrachten is het een heksentoer voor de verantwoordelijke Alain om voor elk vak een leraar te vinden. Hij zal moeten wachten tot de leraars van het iets verder gelegen college ‘Charles Lwanga’ hun vrije uren komen meedelen, zodat hij deze kan inpassen in het uurrooster van het CFP.

Het uitkeren van de klas - een dagelijks ritueel

Dinsdag verhuis ik eindelijk van het vormingscentrum naar een woning vlakbij het CFP. De directie van het CFP heeft mij een ruime woning ter beschikking gesteld met terras en veel schaduw. Het heeft wel wat voeten in de aarde gehad om de woning in orde te krijgen, want aanvankelijk was er een lek in het dak en waren water en elektriciteit afgesloten. Nu is de woning echter in orde en ik ben dik tevreden, want het is een bijzonder mooie locatie. Het is enkel nog wachten op de meubels, want ik heb nog geen stoel om op te zitten. De woning is volledig leeg.

Mijn stek

Ik krijg als buren twee Franse coöperanten. Sidoine geeft eveneens les op het CFP in de richting ‘électronique’. Hij is afkomstig uit de streek van Lille, is hier via de NGO ‘Délégation catholique pour la coopération’ en heeft zijn studies als ingenieur een jaartje onderbroken om hier te komen lesgeven. Auréliens is afkomstig uit de streek van Nantes en heeft hier al een jaar les gegeven op het privé-college Horoyat. Dit jaar heeft hij een vast contract als econoom van de school. Ook Sidoine en Auréliens verblijven in twee woningen van het CFP. Sidoine heeft in één van zijn kamers nog een bureau, bed en kast staan. We verhuizen de drie meubelen, dat is toch al dat. Bij de secretaris Pierre dring ik erop aan dat de directeur zo snel mogelijk voor stoelen en een tafel zorgt. Nu valt het mij op hoe praktisch een stoel wel niet kan zijn, vooral als je er zelf geen hebt. Van Alain krijg ik mijn uurrooster. Ik schrik mij een hoedje, maar laat niets merken. Ik geef slechts acht uren wiskunde, maar heb een klas van 82 en één van 51 leerlingen. Een goed persoonlijk contact met en begeleiding van de leerlingen is nu wel uitgesloten. De grootste klas is een samengestelde klas, nl. het tweede jaar van de richting ’metsen’ en het eerste jaar ‘elektronica’. Het komt overeen met een derde middelbaar bij ons. De kleinere klas is het eerste jaar ‘metsen’ en komt overeen met het tweede middelbaar.

Auréliens en Sidoine

Woensdag geef ik mijn eerste les van 08u00 tot 09u45 aan de samengestelde klas. Ik ben van plan hen eerst een herhalingstest te laten invullen en daarna een beknopte presentatie van België te geven. Er zitten verrassend veel meisjes in de richting ‘metsen’. Ik verneem dat zij wellicht geen job als metser ambiëren, maar later eerder een controlerende functie op een bouwwerf op het oog hebben. Een bijkomende mogelijkheid is dat zij verder studeren voor architect. De les verloopt al bij al behoorlijk, alleen is het resultaat van de test beneden alle peil. Bovendien kan je duidelijk het niveauverschil zien tussen de leerlingen uit Electronique 1 en Maçonnerie 2. Het eerste middelbaar hier op het CFP is een gemeenschappelijk jaar. De 30 beste leerlingen laat men doorstromen naar de richting ‘elektronica’. De rest gaat naar de richting ‘metsen’. Er zijn nog wel een heel aantal leerlingen niet komen opdagen. Sommige ouders hebben moeite om het inschrijvingsgeld te betalen. Voor het CFP is dit dan ook niet min, nl. 125 000 CFA, dat is omgerekend zo’n 187,5 €. Voor het lyceum van Nouna bedraagt het inschrijvingsgeld heel wat minder, nl. 25 000 CFA of 37,5 €, maar daar zitten er in het eerste middelbaar dan ook meer dan honderd leerlingen per klas.

Donderdagvoormiddag geef ik mijn nieuwe woonst een grondige beurt. Ik krijg onverwacht hulp van een jonge kerel, Donald, die door Innocent gestuurd is. Hij heeft ook nog een handig tafeltje en stoel bij, voor als ik buiten op mijn terras wil werken. Samen schuren we de vloeren van het huis met javel af. Ook buiten, rondom de woning kuis ik de boel een beetje op. In de namiddag vergaderen Innocent, René en ik over ‘ons’ jongerenproject. We willen een lasproject uit de grond stampen voor jongeren die niet de kans hebben gehad om naar school te gaan of die onderweg hebben moeten afhaken. Op die manier komen we nu al een aantal weken samen en het project krijgt meer en meer vorm.

Innocent bezig in zijn atelier

Innocent is lasser en all-round-mecanicien van opleiding. Tot voor een aantal jaren heeft hij als lasser voor een bedrijf gewerkt, maar is daar nu mee gestopt. Op dit moment begeleidt hij reeds een aantal jongeren in zijn atelier, maar wil deze begeleiding nu laten overgaan in een volwaardig project. René heeft twee jaar bouwkunde gestudeerd in Bamako (Mali) en heeft vervolgens voor Afrant een school en drie woningen voor leraars te Saborokui gerealiseerd. Als oud-seminarist heeft hij het hart op de juiste plaats, stelt hij het maatschappelijk belang boven het individuele en organiseert in Nouna een onderkomen voor zo’n twintigtal leerlingen uit de omgeving van Nouna die in Nouna schoollopen.

René op de brommer

Deze keer bezinnen we ons over wat ons alle drie persoonlijk drijft om met een dergelijk project te beginnen. Voor mij zijn twee zaken belangrijk: 1) mijn liefde voor vakmanschap ofwel het beheersen van een technisch vak/stiel (welk dan ook). Gek genoeg heb ik een voorliefde voor lassen; 2) een opleiding voor jongeren die niet over de middelen beschikken om een normale opleiding te volgen. Ik denk dan ook dat het van een enorme symbolische waarde zou zijn, ook naar het Burkinese onderwijssysteem toe, als we de opleiding gratis kunnen houden. Onderwijs en opleiding voor jongeren moet in principe gratis zijn/worden.

Vrijdagnamiddag geef ik les aan Maçonnerie 1. Ook hier is het resultaat op de test gene vette. Naar het schijnt wordt er dit jaar met een extra cursus ‘Algemene Wiskunde’ gestart en heb ik de eer om hiermee te beginnen. Tot vorig jaar bleef de wiskunde beperkt tot ‘Toegepaste Wiskunde’.

Etentje in het vormingscentrum

Zaterdagavond heb ik in het vormingscentrum een etentje georganiseerd om enerzijds mijn verhuis naar downtown-Nouna en anderzijds de aankoop van mijn brommer te vieren. De aankoop van een brommer, het symbool van the Burkinian way of life, mag hier nu eenmaal niet ongemerkt voorbij gaan! Meteen is het een goede gelegenheid om de drie kippen die ik afgelopen zondag in Tiénékui heb ontvangen, smakelijk te verorberen. Ik heb mijn beste vrienden uitgenodigd en samen zijn we met dertienen. De maaltijd is werkelijk perfect. Er is tô met twee sauzen, waarvan één die ik het liefste heb, nl. de saus gemaakt van de blaadjes van het paradijs, daarnaast is er nog couscous met een overheerlijke saus en er is natuurlijk de kip. Nadat we onze buikjes rond gegeten hebben, is het tijd voor de zegening van de brommer door abbé Zéphyrin. Spijtig genoeg heeft hij zijn zegeningenboek niet bij, maar dat is niet zo erg. Na een uitgebreid ritueel geeft hij de brommer en mij de zegen.

De zegening van de brommer

Geen opmerkingen: