woensdag 1 oktober 2008

Week 16/09/08 – 28/09/08: Terug in Burkina

Het moment om naar de brousse terug te keren, is aangebroken! Op dinsdag 16 september neem ik ’s morgens vanuit Brussel de TGV naar Paris Charles de Gaulle om van daaruit naar Ouagadougou door te vliegen. Ondanks een uur vertraging verloopt de vlucht vlot. Voor het eerst vang ik een glimp op van de Sahara, een gele zee van zand. De twee vorige vluchten waren immers nachtvluchten. Zoals gewoonlijk maken we een tussenlanding in Niamey, de hoofdstad van Niger. Aangekomen in Ouaga voelt het goed om terug te zijn. België heeft zo zijn voordelen, maar Burkina Faso heeft een charme waaraan niet zomaar valt te ontkomen. De uit een steegje komende stank die je voorheen soms zo vervloekt hebt, riekt nu plots bekend in de neus. In Ouaga weet ik waarop en waaraf. Geen straatventers meer die aan mij blijven kleven.

De grote moskee in Ouagadougou

Dit jaar zal het erop aankomen de kennis die ik het afgelopen jaar heb opgedaan, te verdiepen. De planning voor de komende negen maanden ligt eigenlijk al zo goed als vast. In het Centre de Formation Professionnelle zal ik 12 uur wiskunde per week geven. Daarnaast komt de organisatie van het lasatelier en de begeleiding van onze leerjongens. Ik zal me niet enkel met hun vorming bezighouden, maar ook de nodige opdrachten voor het atelier moeten versieren om de gasten zoveel mogelijk praktijkervaring te laten opdoen. Verder staat er in het kader van de alfabetisering van de provincie Kossi een tour langs een aantal dorpen op het programma voor de toneel- en dansgroep van Goni. Tijdens de kerstvakantie gaat het richting Benin om de projecten van Afrant aldaar te bezoeken. Tenslotte wil ik in de loop van dit jaar ook de verenigingen in Nouna leren kennen die zich bezighouden met de opvang van aids-wezen en hiv-besmette jongeren. Dit laatste is een onderwerp dat mij meer en meer begint te interesseren. Ziedaar het concrete programma voor het schooljaar 2008-2009. Wat het resultaat zal zijn, zullen we in juni zien…

Het grootste lyceum van Ouagadougou

Op woensdag 17 september ontmoet ik in Ouagadougou Allain Long, de directeur van de Italiaanse ngo ‘Reach Italia’. Deze ngo heeft de lagere school van het dorp Biron gebouwd en heeft sinds vorig jaar ook het beheer ervan terug op zich genomen. Het is de school waarvan Afrant tijdens de afgelopen zomer de twee daken heeft vervangen. Als vanzelfsprekend is de heer Long zeer verheugd over het werk dat Afrant heeft verricht en hij belooft om einde oktober, begin november in eigen persoon een bezoek aan de school te brengen.

De lagere school van Kamiankoro

Ik ben nog maar een paar dagen in Nouna aangekomen of abbé Simon Konkobo, de beheerder van de financiën van het bisdom, maakt me erop attent dat ook aan de lagere school van zijn geboortedorp, Kamiankoro, het een en ander te renoveren valt. Tja…, ik besluit om maar onmiddellijk een afspraak te maken voor een bezoek aan zijn dorp, al was het maar om een hoop gezaag te vermijden. Op dinsdag 23 september rijden we met zijn drieën naar Kamiankoro. Salif Toe, bouwkundig technicien en collega op het CFP, is ook van de partij om gelijk een deskundige stand van zaken op te maken.

In de klas van lagere school van Kamiankoro


De vloer is zwaar gehavend.

In tegenstelling tot Biron telt de lagere school van Kamiankoro slechts drie klassen waar in totaal maar liefst 177 leerlingen schoollopen. Hoewel het abbé Simon in de eerste plaats te doen is om de herstelling van de vloer in één van de klaslokalen en eventueel het herschilderen van de muren, stellen we echter vast dat er wel meerdere gebreken aan het schoolgebouw zijn. Zo blijken de ramen van de drie klaslokalen te klein, bevindt het dak zich in een belabberde staat en dreigt de bepleistering op één van de buitenmuren eraf te donderen. Niets aan te doen, ik vraag aan Salif om al de kosten in een bestek te gieten zodat er tenminste duidelijkheid is. Achteraf kunnen we dan nog altijd zien wat we ermee gaan doen. Een dag later krijg ik het bestek onder ogen. De totale kost van de renovatie bedraagt zo’n 5263 euro.

Aan de achterkant van de school dreigt de bepleistering eraf te donderen.


Doorheen het gierstveld.

De Burkinees is en blijft in de eerste plaats landbouwer, zelfs wanneer hij de job van leerkracht uitoefent. Eli Sankara, de sportleraar van het Collège Charles Lwanga (CCL) en tegelijk mijn beste schaakleerling, neemt me woensdag mee naar het veld waarop hij tijdens de afgelopen zomer hard heeft gewerkt. Hij heeft zich geassocieerd met een collega van hem, Victorien Kini, om pindanoten en sesam te telen. Victorien is naast leerkracht op het CFP en het CCL ook technicien van de grote zendmast van de nationale Burkinese radio en televisie in Nouna. Hij woont in het gebouw van de zendmast en heeft de grond rond de mast ter zijner beschikking. Het is op die plek, even buiten Nouna, dat Victorien en Eli hun kwaliteiten als landbouwer in praktijk hebben gebracht.

Eli in zijn pindanotenveld


Victorien proeft de oogst.

Met z’n drieën lopen we het veld in om het resultaat van het hard labeur te controleren. Doorheen een gierstveld bereiken we de pindanoten van Eli. De plant van de pindanoten groeit eerder laag bij de grond, terwijl de noten zelf aan de wortel in de grond zitten. Het lijkt er in ieder geval op dat het werk wat heeft opgeleverd. De plantjes staan er mooi bij. Eli en Victorien trekken een aantal plantjes met wortel en al uit de grond om de kwaliteit van de noten te proeven. De pindanoten hebben bij de oogst een wat vochtig, vlezige smaak. Persoonlijk vind ik ze lekkerder wanneer ze in een tweede fase gekookt zijn (de pindanoten zoals we ze in de winkel kunnen kopen). Vervolgens lopen we door naar het gezamenlijke sesamveld van Eli en Victorien. In tegenstelling tot de pindanoot is de sesamplant iets langer van structuur met mooie bloemetjes. Ook het sesamveld geeft een mooie indruk. Nog een paar weken en de oogst kan beginnen.

Het gezamenlijke sesamveld


De twee boeren overschouwen hun veld.

In het lasatelier wordt het ‘schooljaar’ voorbereid. Deze week hebben Innocent en ik een intern reglement van het atelier opgesteld opdat onze leerjongens weten wat van hen verwacht wordt. De opleiding vindt plaats van maandag tot zaterdag gedurende de dag, met respect voor religieuze feesten en gebruiken. De gasten worden om 7 uur ’s morgens verwacht. Het accent van de opleiding ligt op het praktische gedeelte, maar desalniettemin zal ik toch ook 8 à 9 uur aanwezig zijn voor de theoretische begeleiding. De opleiding is gratis en de leerjongens krijgen alle didactisch materiaal en veiligheidsuitrusting ter beschikking. De opleiding zal twee jaar duren en het aantal leerlingen wordt vastgelegd op drie.

Innocent in zijn bureau bij het opstellen van het intern reglement

Aangezien Innocent twintig jaar geleden eenzelfde situatie als leerjongen heeft doorlopen, kan hij zich perfect in hun situatie inleven en weet hij waar de pijnpunten liggen. Met een aantal maatregelen die worden opgenomen in het intern reglement, willen we de gasten vooral aanmoedigen om met de opleiding door te gaan. Zo krijgen ze ’s middags een warme maaltijd en krijgen ze per week een bepaald bedrag om zeep te kopen om hun werkkledij te wassen. Verder worden ze ook tegen ziekte verzekerd. We roepen de leerjongens één voor één bij ons en nemen samen met hen het intern reglement door. Vervolgens geven we hen een week tijd om nog eens over hun engagement na te denken. Ondertussen kan het atelier dan ook technisch helemaal in orde gebracht worden. Er moet immers nog een getriphaseerde kabel geplaatst worden.

Zicht op het atelier


Binnen in het atelier

Op donderdag 25 september brengen Innocent en ik, vergezeld door de aannemer Salif Toe en zijn werfleider Bona, een bezoek aan de lagere school van Biron om de uitgevoerde renovatiewerken te evalueren. In de loop van de afgelopen twee maanden mocht ik al veelbelovende foto’s ontvangen. De twee schoolgebouwen hebben niet alleen een nieuw dak gekregen, maar zowel de buiten- en binnenmuren als de vensters en deuren hebben een nieuw laagje verf gekregen. Het resultaat is werkelijk heel fraai. Als de leerlingen nu nog niet graag naar school komen, weet ik het ook niet meer…

Op de speelplaats van de lagere school van Biron: de directeur, Innocent, Salif en Bona


Elke klas beschikt natuurlijk over een kast!


De deuren en ramen zijn herschilderd.


De lagere school van Biron