zaterdag 2 januari 2010

Bonne arrivée computermateriaal!

Het begin van het tweede trimester nadert en dat betekent dat we in blijde verwachting zijn van de computeropleiding voor leerkrachten van het middelbaar onderwijs die weldra van start zal gaan. Deze opleiding zal doorgaan in de gloednieuwe informaticaklas die gecreëerd werd op initiatief van de ‘Association des Professeurs pour une Jeunesse Eveillée dans la Kossi (APJEK)’. De APJEK is een vereniging van leerkrachten van het middelbaar onderwijs die zich engageert om onbezoldigd buitenschoolse, educatieve activiteiten te organiseren als complementaire vorming (naast het normale dagonderwijs) voor de leerlingen van het middelbaar onderwijs in Nouna en de provincie Kossi. Inderdaad, de APJEK heeft ambitieuze plannen en de inrichting van de informaticaklas is als dusdanig hun eerste project. Een dergelijk computerproject is spijtig genoeg nog altijd zeldzaam op het platteland in Burkina Faso. Een reden te meer om even het verhaal toe te lichten dat hierachter zit.

In de loop van vorig schooljaar vertelde een collega-leerkracht, Ousmane Nabaloum, me over zijn idee om in Nouna een computerklas op te starten en hij vroeg zich af of ik hem daarbij niet zou kunnen helpen. In al mijn nuchterheid houd ik de boot af. Ik ben ervan overtuigd dat Ousmane getroffen is door een vlaag van enthousiasme die wel snel weer zal overwaaien. Bovendien heb ik weinig zin om op een vrijblijvende manier een aantal computers bijeen te scharrelen. Als ik mij voor een dergelijk computerproject engageer, moet dit op een serieuze manier gebeuren. Dat veronderstelt echter de aanwezigheid van een vereniging die het project kan dragen, want ik ben mij al snel bewust van de omvang van een ‘serieus’ computerproject en van het feit dat ik dit onmogelijk alleen in de praktijk zal kunnen realiseren. Ondertussen blijft Ousmane maar aandringen en zie ik mij genoodzaakt om hem er diplomatisch, maar kordaat op te wijzen dat het zeer moeilijk is om fondsen voor een dergelijk informaticaproject los te krijgen zonder de aanwezigheid van een vereniging die borg staat voor het goede gebruik van de computers.

Ikzelf en Ousmane Nabaloum

Tot mijn grote verbazing steekt Ousmane met een aantal collega-leerkrachten de koppen bij elkaar en kondigt hij prompt de oprichting van een nieuwe vereniging van leerkrachten aan. Hij zet zich achter zijn schrijftafel om het statuut en het algemeen reglement van de vereniging neer te pennen. Deze kerel is blijkbaar toch gemotiveerder dan ik eerst dacht. Naarmate de dagen vorderen, begin ik er ernstiger over na te denken hoe ik aan behoorlijk computermateriaal kan geraken, want nogmaals, ik heb geen zin in een allegaartje van afgedankte museumstukken. Van een betrouwbare bron in Ouagadougou heb ik vernomen dat er aan de Vrije Universiteit van Brussel een vzw oude computers van bedrijven recycleert en terug op punt stelt voor derde wereld-projecten. De naam van deze vzw maakt onmiddellijk duidelijk dat het ook deze mensen menens is de armoedekloof te dichten, nl. ‘Close the Gap vzw’ (zie ook www.close-the-gap.org). Dit is dus een mogelijkheid, maar zeker geen zekerheid, want het project moet eerst goedgekeurd worden door de mensen van Close the Gap.


Inmiddels is Ousmane met een naam voor de vereniging op de proppen gekomen die de hoofddoelstelling duidelijk in het licht stelt: Association des Professeurs pour une Jeunesse Eveillée dans la Kossi (APJEK). Daar kan ik mij wel in vinden. Ik zeg mijn steun toe aan de leden van de APJEK en verklaar mijn bereidheid hen te ondersteunen in hun zoektocht naar computermateriaal. Ik benadruk evenwel het lange-termijn-karakter van de vereniging. De APJEK is niet geboren om snel goedkope winst te maken. De leden moeten blijk geven van vastberadenheid, geduld en doorzettingsvermogen om de ultieme doelstelling van de vereniging te bereiken, nl. het opwekken van de jeugd in de Kossi. Zelfs als mijn poging om computermateriaal te verkrijgen zou mislukken, mogen ze niet zomaar het kopje laten hangen. De resultaten moeten vooral beoordeeld worden na 5, 10 of 15 jaar noeste arbeid. De leerkrachten van de APJEK horen mijn woorden aan met gemengde gevoelens. Mogen we die blanke echt geloven of zal het weer maar eens bij mooie woorden blijven? Deze twijfel kan echter niet verhinderen dat het statuut en het intern reglement van de APJEK ter erkenning op het ‘Haut commissariat’ van de provincie wordt neergelegd. En dit met gunstig resultaat, want in de loop van de maand juni van 2009 word de APJEK onder het voorzitterschap van Ousmane Nabaloum officieel als vereniging erkend.

Nog voor de officiële erkenning een feit is, wordt de inrichting van de informaticaklas uitgetekend. Het project heet ‘Création d’une salle informatique dans la commune de Nouna’ en heeft verscheidene doelstellingen die passen binnen de geest van de APJEK. Het project beoogt:
1. leerkrachten en leerlingen uit het middelbaar onderwijs toegang te bieden tot moderne informatica;
2. vormingen in informatica te organiseren voor leerkrachten en leerlingen uit het middelbaar onderwijs;
3. de werkomstandigheden van leerkrachten en leerlingen te verbeteren en te moderniseren;
4. de drempelvrees van leerkrachten en leerlingen ten aanzien van het gebruik van moderne informaticamiddelen weg te nemen;
5. de kennis van informatica tot gemeengoed te maken ten voordele van de jeugd;
6. de jeugd op te wekken om haar lot in eigen handen te nemen.
Het project wil in een eerste fase leerlingen en leerkrachten door middel van vormingen vertrouwd maken met het gebruik van een computer door hen eenvoudige toepassingen aan te leren zoals het opstellen van een document via Word en Excel of het opzoeken van informatie in een encyclopedie op CD-ROM. In een tweede fase kan ook gedacht worden aan een internetaansluiting, op voorwaarde dat de nodige financiële onderbouw aanwezig is. Aangezien het ook bij de meerderheid van de leerkrachten aan kennis van het gebruik van moderne informaticamiddelen ontbreekt, zullen eerst de leerkrachten uitgenodigd worden voor een opleiding. Dit zal hen in staat stellen om de leerlingen te informeren over de inhoud van de opleiding. Later zullen dan de leerlingen zelf uitgenodigd worden. In de vrije uren zal de informaticaklas geopend zijn voor leerlingen en leerkrachten die op de computers willen werken dan wel oefenen. Op papier oogt dit computerproject in ieder geval mooi. De vraag is nu of ik mijn engagement zal kunnen waarmaken. Zal ik die computers vinden en wie gaat dat allemaal betalen?

Terug in België neem ik begin juli contact op met mijn sponsors om hen het initiatief van de APJEK voor te stellen. Tot mijn grote vreugde wordt het computerproject positief onthaald. Dit stemt mij hoopvol om een goed gestoffeerde aanvraag bij ‘Close the Gap vzw’ in te dienen. Het idee dat aan de basis ligt van deze vzw, is toch wel bijzonder en proficiat aan diegene die het initiatief heeft genomen om dit idee in de praktijk te realiseren. Computers die in onze consumptiemaatschappij niet meer meekunnen, worden letterlijk gerecycleerd voor plaatsen op onze wereldbol waar ze nog kunnen dienen. Bovendien wordt het voor computerleken zoals mezelf mogelijk om op een vrij goedkope manier aan heel wat recent en fatsoenlijk computermateriaal te geraken. Niet lang na mijn aanvraag zet ook Close the Gap het licht op groen en meteen valt er een grote last van mijn schouders. Hoera, hoera, ook deze horde blijkt genomen. Op naar de volgende.

In het begin van de maand december komt het computermateriaal via Noord-Zuid aan in Ouagadougou. Samen met Georges Kouda van de foyer Terre des Enfants ga ik het materiaal afhalen bij Michel Ratiau van Noord-Zuid. De 31 computers en twee printers blijken in goede staat, maar de verpakking is maar aan de magere kant. Dit stelt problemen voor het transport, want de weg naar Nouna (289 km) is niet geasfalteerd, zit vol putten en vormt voor elke chauffeur van breekbaar of delicaat materiaal een ware beproeving. Bovendien moet het Windows XP-besturingssysteem op elke computer binnen de maand geactiveerd worden, zo niet blokkeert de computer. Voor de activatering zijn er twee mogelijkheden: ofwel via het internet (gratis) ofwel telefonisch (betalend). De activering kan dus best in Ouagadougou gebeuren, want in Nouna is een internetverbinding niet gegarandeerd. Tot mijn grote opluchting stelt Georges zijn huis in Ouaga ter beschikking opdat ik de computers op mijn gemak kan controleren en activeren. Na vier dagen zweten en zwoegen zijn 30 computers klaar om naar Nouna te vertrekken. Bij één computer is de batterij om de computer op te starten volledig ontladen, wat betekent dat de batterij moet vervangen worden. Deze computer zal voorlopig in Ouaga blijven.

Op dinsdag 8 december 2009 staat Ousmane met een pick-up en chauffeur in Ouaga om het computermateriaal mee naar Nouna te nemen. Gelukkig heeft de chauffeur er een zicht op hoe het materiaal te verpakken zodat het zonder brokken in Nouna aankomt, want nogmaals, de weg naar Nouna zou wel eens de domper op onze feestvreugde kunnen worden. Hoewel ik eerst van plan ben met de pick-up mee terug naar Nouna te rijden, blijkt al snel dat dit niet mogelijk zal zijn. De laadbak zit afgeladen vol. Er zit niets anders op dan de pick-up te laten vertrekken en te hopen dat de reis voorspoedig zal verlopen. Ik zal de volgende dag met de bus naar Nouna terugkeren. Bij aankomst in Nouna wordt het computermateriaal opgeslagen in een laboratorium van het provinciaal atheneum dat bij gebrek aan uitrusting niet gebruikt wordt. Ousmane heeft van de directie de toestemming gekregen om dit laboratorium voor de computeropleiding te gebruiken en als dusdanig voor een tijdelijke periode van vijf maanden als computerklas in te richten. Bij nader inzien blijkt deze zaal inderdaad zeer geschikt als informaticaklas. De geruite ramen en het vals plafond zorgen voor een aangename ‘koele’ temperatuur in de zaal en beschermen de computers tegen het stof.

De computerklas van binnen


Het computermateriaal van Close the Gap


Flatscreens van Close the Gap


De interne batterij van enkele computers dient heropgeladen te worden.


De stoelen zijn geproduceerd in het lasatelier.

Ondertussen wordt ook Innocent met zijn leerjongens in het lasatelier aan het werk gezet voor de productie van 40 stoelen en 35 tafels, want het goede nieuws is dat de sponsor niet alleen de aankoop van de computers en het transport voor zijn rekening heeft genomen, maar ook de middelen ter beschikking stelt voor het meubilair van de computerklas. Wat een bof!

In het lasatelier last Amadou het kader van de tafels in elkaar.


Boureima slijpt het kader van de tafels bij.


Boureima bij het schilderen van het kader van een tafel


Ziedaar een tafel!

Naarmate 2009 op haar einde loopt, draait de voorbereiding voor de computeropleiding op volle toeren. De APJEK kan voor haar vorming beschikken over een aangepaste zaal, het computermateriaal is aanwezig, het meubilair wordt in orde gebracht, de lesgever is gecontacteerd en al de leerkrachten van het middelbaar onderwijs in Nouna zijn op de hoogte gebracht. Nu is het alleen nog wachten op de start van de opleiding zelf in het begin van januari 2010. Concreet gaat het om een vorming van vijf maanden voor twee groepen van 15 leerkrachten van het middelbaar onderwijs. De vorming wordt georganiseerd als avondcursus waarbij elke groep in totaal vier uur les per week krijgt (2 x 2 lesuren per week). Het lessenpakket bevat Word, Excel en Powerpoint. In ieder geval een eerste belangrijke stap in onze poging om de kennis van informatica tot gemeengoed te maken ten voordele van de jeugd.