maandag 5 juli 2010

Uitrusting van de computerzaal op punt

Na twee weken de batterijen te hebben opgeladen in België, keer ik begin april terug naar Nouna. De computeropleiding voor leerkrachten is op dat moment drie maanden bezig. Ondertussen maken de stroomgeneratoren van de SONABEL (SOciété NAtional Burkinabè d’ELectricité) het weer al te bont. De hitte van het droge seizoen (tijdens de maanden maart-april-mei stijgen de temperaturen regelmatig boven 40°C) verhoogt in het algemeen de frequentie van de stroomuitval, maar dit jaar is de afdeling Nouna van de SONABEL toch echt goed op weg naar een nieuw nationaal record. Dit vinden de verantwoordelijken van de computerzaal allerminst prettig, want het zal niet de eerste keer zijn dat in Nouna een elektrisch apparaat de geest geeft ten gevolge van veelvuldig stroomfalen.

De computers (en hun gebruikers) snakken dan ook naar stroomregelaars. Een stroomregelaar is een elektrisch apparaat dat tussen het stopcontact en de computer wordt aangesloten om 1) de gebruiker van de computer te waarschuwen wanneer zich spanningswisselingen op het elektriciteitsnetwerk voordoen, 2) bij een volledige stroomonderbreking nog gedurende enkele minuten stroom te leveren zodat de gebruiker zijn werk kan opslaan en de computer veilig kan afsluiten en 3) bij een terugkeer van de stroom de computer te beschermen tegen overspanning. In België heb ik een dergelijke stroomregelaar nog nooit in gebruik gezien, maar stroomonderbrekingen zijn er natuurlijk eerder uitzonderlijk.

Stroomregelaar met verpakking


Stroomregelaar: achterkant

Om financiële steun voor de aankoop van deze stroomregelaars te verkrijgen, dien ik in december van 2009 een aanvraag in bij de wereldraad van de gemeente Zoersel. De wereldraad die kleinschalige projecten in het zuiden steunt, ziet deze maatregel wel zitten en mijn aanvraag wordt dan ook goedgekeurd. Op het einde van maart krijgt het computerproject een financiële injectie voor de aankoop van 11 stroomregelaars. In totaal zullen we uiteindelijk 22 stroomregelaars aankopen, weliswaar met een iets kleiner vermogen per apparaat (en dus ook een lagere prijs per apparaat). Het grotere aantal stroomregelaars is in de praktijk handiger, omdat we ze verspreid over de hele zaal kunnen inzetten. Nu sluiten we drie computers en/of beeldschermen aan op één stroomregelaar, terwijl we er in het oorspronkelijk plan eerst zes hadden voorzien per regelaar. Wij bedanken hierbij de wereldraad en de inwoners van Zoersel in naam van alle gebruikers van de computerklas.

De stroomregelaars worden onder de tafels geplaatst.





Hoewel voor het eerste werkjaar van het computerproject (= schooljaar 2009-2010) enkel een cursus voor de leerkrachten is voorzien, staat de voorzitter van de APJEK, Ousmane Nabaloum, te trappelen om in het derde trimester ook al met een cursus voor de leerlingen te beginnen. Dit is (financieel) mogelijk omdat we van het provinciaal atheneum, d.i. de school waar de computerklas is gehuisvest, een secretaresse ter beschikking krijgen die deze cursus zal geven. Op die manier kunnen een aantal leerlingen van de hogere klassen ook al dit schooljaar meeproeven van het computerproject. Ik kan dit alleen maar toejuichen!

Computerles voor de leerlingen


Computerles voor de leerlingen

Ondertussen zijn ook nog hoezen aangekocht om het computermateriaal te beschermen tegen het stof. Zelfs al heeft de computerklas vensters in haar ramen, het stof vindt toch haar weg naar binnen. Zo hebben elke computer, elk scherm en elk klavier nu dan ook hun eigen overtrek.

Computerset zonder hoezen


Computerset met hoezen

Het einde van het schooljaar nadert, maar dat betekent niet dat de APJEK met haar duimen zal draaien. Tijdens de vakantiemaanden wordt in de computerklas een cursus georganiseerd voor al wie zin heeft om zijn informaticakennis op punt te stellen. Dit weliswaar tegen een zéér democratische prijs. En zo kijk ik op het einde van het eerste werkjaar terug op een aangename samenwerking met de APJEK. Deze vereniging heeft onder de aanstekelijke leiding van haar voorzitter alles in het werk gesteld om het computerproject van de grond te krijgen, waarvoor mijn dank. Het goede werk en bijhorende resultaat stemt hoopvol voor de toekomst en voor een verdere vruchtbare samenwerking met de APJEK. Het mag duidelijk zijn dat de Burkinese samenleving nood heeft aan dergelijke verenigingen die gedragen worden door gemotiveerde mensen die op een correcte manier hun steentje willen bijdragen aan de opbouw van hun land.

Het idee om de computerklas om te vormen tot een internetcafé blijft voorlopig in de koelkast. Het enthousiasme van de voorzitter Ousmane is soms moeilijk in te tomen, maar ik leg er steeds weer de nadruk op dat het project de tijd moet krijgen om te groeien. Het computermateriaal blijft ook het volgend schooljaar nog gewoon in de leegstaande biologieklas van het provinciaal atheneum (wat trouwens een zeer goede computerklas is) waar het zal dienen voor vorming van de leerlingen. Dit geeft ook aan de APJEK de tijd om ervaring met allerhande computerproblemen op te doen en tegelijkertijd ook te groeien naar financiële autonomie. Wat betreft dit laatste, kunnen we haar een duwtje in de rug geven met de gift van twee fotokopieerapparaten. Wanneer dit alles goed verloopt, is weeral een belangrijke stap gezet op weg naar de opening van een degelijk internetcafé in Nouna.

maandag 29 maart 2010

Computeropleiding van start

Eind januari is de opleiding voor leerkrachten in de gloednieuwe computerzaal van start gegaan. Deze opleiding wordt georganiseerd door de ‘Association des Professeurs pour une Jeunesse Eveillée dans la Kossi’ (APJEK). Nog even herhalen dat de computerklas is ondergebracht in een niet uitgeruste en dus niet gebruikte biologieklas van het provinciaal atheneum te Nouna en is ingericht om op lange termijn leerlingen van de verschillende middelbare scholen in Nouna te onderrichten op het vlak van informatica. In een eerste fase zullen echter de leerkrachten gevormd worden. We stelden immers vast dat bij veel leerkrachten de kennis van moderne informaticamiddelen ontbreekt. Bovendien zijn de leerkrachten natuurlijk sleutelfiguren om hun leerlingen te motiveren om niet met hun duimen te zitten draaien, maar wel nieuwe dingen te leren, zo ook op het vlak van informatica. Zodoende worden deze leerkrachten het uithangbord van de computerklas en kunnen ze zelfs, voor wie zich daartoe geroepen voelt, de taak op zich nemen om zelf aan de leerlingen computerles te geven.

De gloednieuwe computerzaal

De computeropleiding wordt georganiseerd in de vorm van avondcursus in de loop van de week, waarbij de deelnemers kunnen kiezen tussen twee groepen van maximum 15 personen: ofwel maandag- en woensdagavond, ofwel dinsdag- en donderdagavond. Elke sessie duurt twee uur, dus een deelnemer krijgt in totaal 2 x 2 uur = 4 uur computerles per week. De opleiding loopt van januari tot einde mei en is gratis voor de leden van de APJEK. Voor de leerkrachten die geen lid zijn, is de inschrijvingsprijs 10000 FCFA ofwel 15 €. Ousmane Nabaloum, de voorzitter van de APJEK, heeft een gemotiveerde lesgever kunnen strikken in de persoon van Jean-Emmanuel die overdag als boekhouder werkt op het Centre de Recherche en Santé van Nouna. Tegelijk heeft Ousmane in de vijf middelbare scholen die Nouna rijk is, verantwoordelijken van de APJEK aangeduid. Elke verantwoordelijke heeft de taak om in zijn onderwijsinstelling de leerkrachten warm te maken voor de opleiding.

Lesgever Jean-Emmanuel


Jean-Emmanuel geeft les in de computerklas.

In het begin komt de opleiding, ondanks de reclamecampagne, een beetje moeizaam op gang, omdat veel leerkrachten maar niet kunnen geloven dat er effectief voor hen een computeropleiding wordt georganiseerd. Negatieve ervaringen in het verleden waarbij er loze beloften zijn gedaan, hebben een klimaat van scepticisme doen ontstaan. Nieuwsgierig komen ze één voor één een kijkje nemen in de computerklas om zich met hun eigen ogen van de waarheid te vergewissen. Deze aarzelende houding verhindert echter niet dat het nieuws zich als een lopend vuurtje onder de leerkrachten verspreidt, zelfs op provinciaal niveau. De directeurs van de middelbare scholen uit de provincie reageren enthousiast en spreken Ousmane aan om hem te vragen of ook zij, en hun ploeg van leerkrachten, die opleiding niet kunnen volgen.

Leerkrachten krijgen les in de computerklas.


Leerkrachten krijgen les in de computerklas.

Aangezien bij veel leerkrachten de basiskennis van informatica ontbreekt, wil de vorming zeker geen ingewikkelde zaken behandelen. Concreet spitst de opleiding zich toe op drie basismodules van het Office-pakket, nl. Word, Excel en Power-point. Deze praktische toepassingen laten toe de drempelvrees voor een computer weg te nemen en maken aan de leerkrachten ook duidelijk dat werken met een computer heel wat voordelen te bieden heeft. Diegenen die Word en Excel al onder de knie hebben, kunnen later voor Powerpoint nog inspringen. Zo zijn er op dit moment dus twee groepen les aan het volgen, nl. een groep van 15 personen en een groep van 7 personen.

Leerkrachten krijgen les in de computerklas.

Bij de organisatie van deze avondcursus komen spijtig genoeg ook enkele pijnpunten aan de oppervlakte, waar je als organisator maar weinig aan kunt veranderen. Zo kunnen heel wat leerkrachten, ondanks hun interesse, niet deelnemen aan de cursus, omdat ze ’s avonds zelf bijles geven, hetzij in avondschool, hetzij privé. Dit is heel begrijpelijk, aangezien deze mensen hun behaalde diploma op financieel vlak natuurlijk zo veel mogelijk willen laten renderen. Een tweede pijnpunt zijn de stroompannes die de cursus met de regelmaat van de klok verstoren. Bovendien durft de spanning op het elektriciteitsnetwerk wel eens op en neer gaan. Aangezien het weinig waarschijnlijk is dat dit probleem op korte termijn zal verholpen worden, is het noodzakelijk om spanningsregelaars te plaatsen om het computermateriaal te beschermen.

Op 24 februari heeft het computerproject het geluk haar hoofdsponsor Eric Deckers te mogen begroeten. Het is altijd fijn om aan sponsoren te kunnen laten zien dat hun geld goed besteed is en Ousmane is als voorzitter van de APJEK erg gebrand op het bezoek van Eric aan de computerklas. Tijdens dit bezoek stelt Eric vast dat het goed is en er wordt logischerwijze ook de vraag gesteld naar de mogelijkheid van een internetverbinding. Internet is inderdaad een venster op de wereld, maar ook een venster dat op dit moment in Nouna niet goedkoop is. Ikzelf leg er bij Ousmane die hardop van internet droomt, steeds de nadruk op dat het computerproject de tijd moet krijgen om te groeien, stap voor stap. Het idee om de computerklas tot internetcafé om te vormen, waar mensen opleidingen kunnen volgen en op internet kunnen surfen, is interessant, maar kan niet zonder vooraf een degelijke financiële analyse te maken. Het uitbaten van een echt internetcafé is immers veel complexer dan het beheren van een ‘simpele’ computerklas.

Ousmane Nabaloum, voorzitter van de APJEK, en Eric Deckers

maandag 8 februari 2010

Scholen in Kaminiankoro en Bwanekuy

Op dinsdag 19 januari 2010 gaat het richting lagere school van het dorp Kaminiankoro voor een laatste inspectie van de renovatiewerken die Afrant heeft gefinancierd. In feite gaat het om een formaliteit, want de werken zijn reeds afgerond sinds augustus 2009, maar de ‘inhuldiging’ is steeds weer uitgesteld omwille van de moeilijke bereikbaarheid van het dorp in het najaar door wateroverlast en een drukke agenda. Toen ik de lagere school van Kaminiankoro in oktober 2008 bezocht, waren de pijnpunten aan het gebouw overduidelijk. Een goede ventilatie stelde een probleem, want de ramen van de drie klaslokalen waren veel te klein. In elk lokaal krijgen immers tot meer dan 60 leerlingen als sardientjes in een blik les. Bovendien was de staat van de betonnen vloer in de klassen allesbehalve. Op sommige plaatsen ontbrak de bovenste laag beton, waardoor de vloer helemaal niet meer vlak was. Tenslotte bleek ook het dak in belabberde staat, een probleem dat wel vaker voorkomt, en dreigde de bepleistering aan één van de buitenmuren eraf te donderen. Hoewel abbé Simon Konkobo, de priester die de financiën van het bisdom Nouna beheert en tevens afkomstig van Kaminiankoro, een aantal kleine correcties voorstelde, was ik eerder voorstander van een algehele renovatie. Dus werd er een dossier voor de renovatiewerken opgesteld en Afrant keurde enkele weken later dit dossier goed. Tijdens de kerstvakantie van 2008 gingen de werken van start.

September 2008: de lagere school van Kaminiankoro


September 2008: de vloer in een klaslokaal van de lagere school van Kaminiankoro

Op dinsdagnamiddag rijden abbé Konkobo en ikzelf in het gezelschap van de inspecteur van het lager onderwijs en de vorige directeur van de lagere school van Kaminiankoro (die dit jaar naar Nouna is overgeplaatst) dus naar Kaminiankoro op zo’n 20 km van Nouna. Het is zeker niet mijn bedoeling om ons bezoek aan de school al te lang te laten duren. Ik wil mij gewoon van het eindresultaat van de renovatiewerken vergewissen en voor het dossier het bewijs op foto vastleggen. Dat is echter buiten de lokale bevolking gerekend. We worden ontvangen door een waar feestcomité. Zoals het bij een plechtige inhuldiging hoort, wordt er een hele serie toespraken afgewerkt. Ook ik mag daarbij nog eens het beste van mezelf geven.

Leerlingen en ouders staan ons op te wachten aan de school.


Het ontvangstcomité van Kaminiankoro (rechts)

Daarna inspecteren we de toestand van het schoolgebouw en zien dat het goed is. Al de ramen zijn vervangen door een groter model. Op die manier kan dus voldoende zuurstof binnenwaaien om de kleine grijze cellen behoorlijk te doen werken. In de drie klaslokalen ligt nu terug een vlakke vloer, de dakplaten zijn vervangen en de buitenmuren zijn opnieuw bepleisterd. Meteen maak ik van de gelegenheid gebruik om aan de directie nog een heel aantal schriften van Samson te overhandigen.

Januari 2010: de lagere school van Kaminiankoro


Januari 2010: de vloer werd mooi hersteld.


Januari 2010: de bepleistering valt er niet meer af en het dak werd opnieuw gelegd.


Het schoolmateriaal wordt aan de leerkrachten overhandigd.

Vervolgens is het tijd om de gasten met geschenken te overladen. Ik word de trotse eigenaar van een schaap. Ondanks het feit dat abbé Konkobo zo snel mogelijk naar huis wil vertrekken om een voetbalmatch van de nationale ploeg van Burkina Faso te volgen, kunnen we niet vertrekken zonder eerst rijkelijk te eten en te drinken. Wat op het eerste zicht een droge inspectie leek, werd toch een fijne namiddag…

Ik word de trotse eigenaar van een schaap.

Op zaterdag 23 januari trek ik samen met abbé Samuel Traoré naar Bwanekuy, een dorp op enkele kilometers van de grens met Mali. In Bwanekuy heeft Afrant in de loop van het schooljaar 2008-2009 een lagere school gebouwd. Dit dorp ligt op zo’n 50 km ten westen van Nouna, dus dat betekent een eindje rijden op de brommer, maar de weg valt al bij al wel goed mee. We doen het rustig aan en om te vermijden dat ons bezoek aan de school een race tegen de klok wordt, breng ik zaterdagavond de nacht door in de ‘pastorie’ van Zekuy bij abbé Samuel en abbé Rémi. Voor de inwoners van Zekuy is de winter geen pretje, want ’s nachts kan de temperatuur er wel tot 9°C dalen. En eerlijk gezegd, na twee Burkinese winters te hebben meegemaakt voelt dat voor mij ook al behoorlijk koud aan.

Bomen zorgen voor schaduw voor de lagere school van Bwanekuy.

Ons bezoek aan de lagere school van Bwanekuy is onaangekondigd en daar ben ik eigenlijk niet rouwig om, want dan wordt niet het hele dorp op stelten gezet. Ik wil immers maar snel even de school met mijn eigen ogen zien. Twee jaar geleden bezocht ik met Eric Deckers Bwanekuy en toen werden we geconfronteerd met een eigenaardige situatie. Werkmannen waren bezig in het midden van de brousse een aantal toiletten te metsen zonder dat er sprake was van een deftig schoolgebouw. In die periode moest de directeur zich nog met een lemen hangar tevredenstellen als locatie om zijn leerlingen te onderwijzen. De toiletten bleken gefinancierd door een Deens gezondheidsproject.

De wetenschappen zijn doorgedrongen tot Bwanekuy.

Heden ten dage heeft de lemen hangar echter plaatsgemaakt voor een stevig stenen schoolgebouw met drie klaslokalen en een bergruimte. Bovendien zijn ook drie woningen voorzien om de onderwijzers te huisvesten. Bij het binnenrijden van Bwanekuy is de school het eerste wat we zien. We worden ontvangen door de directeur die reeds vijf jaar in Bwanekuy lesgeeft en zijn collega-leerkracht. Voorlopig zijn er door het ministerie van onderwijs maar twee onderwijzers aan de school toegewezen.

De woning van de directeur

Ik ben vooral tevreden over de inplanting van de drie woningen rond de school. De woningen zijn op voldoende grote afstand van de school en van elkaar gebouwd om de privacy van elke onderwijzer te garanderen. Ook staan er voor de school heel wat bomen die voor veel schaduw zorgen. Het voorzien van schaduw is onontbeerlijk in een land waar de zon haar kracht onverbiddelijk laat blijken. Ook voor de leerlingen van Bwanekuy heb ik nog zo’n 200-tal schriftjes meegenomen om mooi tussen de lijntjes te leren schrijven. De directeur zegt me dat deze goed van pas zullen komen, want de schriften die men van het ministerie ontvangen heeft, zijn op en zelfs wanneer de ouders het geld hebben om nog schriftjes bij te kopen (wat veeleer uitzonderlijk is), zijn dergelijke schriftjes niet altijd beschikbaar.

zaterdag 2 januari 2010

Bonne arrivée computermateriaal!

Het begin van het tweede trimester nadert en dat betekent dat we in blijde verwachting zijn van de computeropleiding voor leerkrachten van het middelbaar onderwijs die weldra van start zal gaan. Deze opleiding zal doorgaan in de gloednieuwe informaticaklas die gecreëerd werd op initiatief van de ‘Association des Professeurs pour une Jeunesse Eveillée dans la Kossi (APJEK)’. De APJEK is een vereniging van leerkrachten van het middelbaar onderwijs die zich engageert om onbezoldigd buitenschoolse, educatieve activiteiten te organiseren als complementaire vorming (naast het normale dagonderwijs) voor de leerlingen van het middelbaar onderwijs in Nouna en de provincie Kossi. Inderdaad, de APJEK heeft ambitieuze plannen en de inrichting van de informaticaklas is als dusdanig hun eerste project. Een dergelijk computerproject is spijtig genoeg nog altijd zeldzaam op het platteland in Burkina Faso. Een reden te meer om even het verhaal toe te lichten dat hierachter zit.

In de loop van vorig schooljaar vertelde een collega-leerkracht, Ousmane Nabaloum, me over zijn idee om in Nouna een computerklas op te starten en hij vroeg zich af of ik hem daarbij niet zou kunnen helpen. In al mijn nuchterheid houd ik de boot af. Ik ben ervan overtuigd dat Ousmane getroffen is door een vlaag van enthousiasme die wel snel weer zal overwaaien. Bovendien heb ik weinig zin om op een vrijblijvende manier een aantal computers bijeen te scharrelen. Als ik mij voor een dergelijk computerproject engageer, moet dit op een serieuze manier gebeuren. Dat veronderstelt echter de aanwezigheid van een vereniging die het project kan dragen, want ik ben mij al snel bewust van de omvang van een ‘serieus’ computerproject en van het feit dat ik dit onmogelijk alleen in de praktijk zal kunnen realiseren. Ondertussen blijft Ousmane maar aandringen en zie ik mij genoodzaakt om hem er diplomatisch, maar kordaat op te wijzen dat het zeer moeilijk is om fondsen voor een dergelijk informaticaproject los te krijgen zonder de aanwezigheid van een vereniging die borg staat voor het goede gebruik van de computers.

Ikzelf en Ousmane Nabaloum

Tot mijn grote verbazing steekt Ousmane met een aantal collega-leerkrachten de koppen bij elkaar en kondigt hij prompt de oprichting van een nieuwe vereniging van leerkrachten aan. Hij zet zich achter zijn schrijftafel om het statuut en het algemeen reglement van de vereniging neer te pennen. Deze kerel is blijkbaar toch gemotiveerder dan ik eerst dacht. Naarmate de dagen vorderen, begin ik er ernstiger over na te denken hoe ik aan behoorlijk computermateriaal kan geraken, want nogmaals, ik heb geen zin in een allegaartje van afgedankte museumstukken. Van een betrouwbare bron in Ouagadougou heb ik vernomen dat er aan de Vrije Universiteit van Brussel een vzw oude computers van bedrijven recycleert en terug op punt stelt voor derde wereld-projecten. De naam van deze vzw maakt onmiddellijk duidelijk dat het ook deze mensen menens is de armoedekloof te dichten, nl. ‘Close the Gap vzw’ (zie ook www.close-the-gap.org). Dit is dus een mogelijkheid, maar zeker geen zekerheid, want het project moet eerst goedgekeurd worden door de mensen van Close the Gap.


Inmiddels is Ousmane met een naam voor de vereniging op de proppen gekomen die de hoofddoelstelling duidelijk in het licht stelt: Association des Professeurs pour une Jeunesse Eveillée dans la Kossi (APJEK). Daar kan ik mij wel in vinden. Ik zeg mijn steun toe aan de leden van de APJEK en verklaar mijn bereidheid hen te ondersteunen in hun zoektocht naar computermateriaal. Ik benadruk evenwel het lange-termijn-karakter van de vereniging. De APJEK is niet geboren om snel goedkope winst te maken. De leden moeten blijk geven van vastberadenheid, geduld en doorzettingsvermogen om de ultieme doelstelling van de vereniging te bereiken, nl. het opwekken van de jeugd in de Kossi. Zelfs als mijn poging om computermateriaal te verkrijgen zou mislukken, mogen ze niet zomaar het kopje laten hangen. De resultaten moeten vooral beoordeeld worden na 5, 10 of 15 jaar noeste arbeid. De leerkrachten van de APJEK horen mijn woorden aan met gemengde gevoelens. Mogen we die blanke echt geloven of zal het weer maar eens bij mooie woorden blijven? Deze twijfel kan echter niet verhinderen dat het statuut en het intern reglement van de APJEK ter erkenning op het ‘Haut commissariat’ van de provincie wordt neergelegd. En dit met gunstig resultaat, want in de loop van de maand juni van 2009 word de APJEK onder het voorzitterschap van Ousmane Nabaloum officieel als vereniging erkend.

Nog voor de officiële erkenning een feit is, wordt de inrichting van de informaticaklas uitgetekend. Het project heet ‘Création d’une salle informatique dans la commune de Nouna’ en heeft verscheidene doelstellingen die passen binnen de geest van de APJEK. Het project beoogt:
1. leerkrachten en leerlingen uit het middelbaar onderwijs toegang te bieden tot moderne informatica;
2. vormingen in informatica te organiseren voor leerkrachten en leerlingen uit het middelbaar onderwijs;
3. de werkomstandigheden van leerkrachten en leerlingen te verbeteren en te moderniseren;
4. de drempelvrees van leerkrachten en leerlingen ten aanzien van het gebruik van moderne informaticamiddelen weg te nemen;
5. de kennis van informatica tot gemeengoed te maken ten voordele van de jeugd;
6. de jeugd op te wekken om haar lot in eigen handen te nemen.
Het project wil in een eerste fase leerlingen en leerkrachten door middel van vormingen vertrouwd maken met het gebruik van een computer door hen eenvoudige toepassingen aan te leren zoals het opstellen van een document via Word en Excel of het opzoeken van informatie in een encyclopedie op CD-ROM. In een tweede fase kan ook gedacht worden aan een internetaansluiting, op voorwaarde dat de nodige financiële onderbouw aanwezig is. Aangezien het ook bij de meerderheid van de leerkrachten aan kennis van het gebruik van moderne informaticamiddelen ontbreekt, zullen eerst de leerkrachten uitgenodigd worden voor een opleiding. Dit zal hen in staat stellen om de leerlingen te informeren over de inhoud van de opleiding. Later zullen dan de leerlingen zelf uitgenodigd worden. In de vrije uren zal de informaticaklas geopend zijn voor leerlingen en leerkrachten die op de computers willen werken dan wel oefenen. Op papier oogt dit computerproject in ieder geval mooi. De vraag is nu of ik mijn engagement zal kunnen waarmaken. Zal ik die computers vinden en wie gaat dat allemaal betalen?

Terug in België neem ik begin juli contact op met mijn sponsors om hen het initiatief van de APJEK voor te stellen. Tot mijn grote vreugde wordt het computerproject positief onthaald. Dit stemt mij hoopvol om een goed gestoffeerde aanvraag bij ‘Close the Gap vzw’ in te dienen. Het idee dat aan de basis ligt van deze vzw, is toch wel bijzonder en proficiat aan diegene die het initiatief heeft genomen om dit idee in de praktijk te realiseren. Computers die in onze consumptiemaatschappij niet meer meekunnen, worden letterlijk gerecycleerd voor plaatsen op onze wereldbol waar ze nog kunnen dienen. Bovendien wordt het voor computerleken zoals mezelf mogelijk om op een vrij goedkope manier aan heel wat recent en fatsoenlijk computermateriaal te geraken. Niet lang na mijn aanvraag zet ook Close the Gap het licht op groen en meteen valt er een grote last van mijn schouders. Hoera, hoera, ook deze horde blijkt genomen. Op naar de volgende.

In het begin van de maand december komt het computermateriaal via Noord-Zuid aan in Ouagadougou. Samen met Georges Kouda van de foyer Terre des Enfants ga ik het materiaal afhalen bij Michel Ratiau van Noord-Zuid. De 31 computers en twee printers blijken in goede staat, maar de verpakking is maar aan de magere kant. Dit stelt problemen voor het transport, want de weg naar Nouna (289 km) is niet geasfalteerd, zit vol putten en vormt voor elke chauffeur van breekbaar of delicaat materiaal een ware beproeving. Bovendien moet het Windows XP-besturingssysteem op elke computer binnen de maand geactiveerd worden, zo niet blokkeert de computer. Voor de activatering zijn er twee mogelijkheden: ofwel via het internet (gratis) ofwel telefonisch (betalend). De activering kan dus best in Ouagadougou gebeuren, want in Nouna is een internetverbinding niet gegarandeerd. Tot mijn grote opluchting stelt Georges zijn huis in Ouaga ter beschikking opdat ik de computers op mijn gemak kan controleren en activeren. Na vier dagen zweten en zwoegen zijn 30 computers klaar om naar Nouna te vertrekken. Bij één computer is de batterij om de computer op te starten volledig ontladen, wat betekent dat de batterij moet vervangen worden. Deze computer zal voorlopig in Ouaga blijven.

Op dinsdag 8 december 2009 staat Ousmane met een pick-up en chauffeur in Ouaga om het computermateriaal mee naar Nouna te nemen. Gelukkig heeft de chauffeur er een zicht op hoe het materiaal te verpakken zodat het zonder brokken in Nouna aankomt, want nogmaals, de weg naar Nouna zou wel eens de domper op onze feestvreugde kunnen worden. Hoewel ik eerst van plan ben met de pick-up mee terug naar Nouna te rijden, blijkt al snel dat dit niet mogelijk zal zijn. De laadbak zit afgeladen vol. Er zit niets anders op dan de pick-up te laten vertrekken en te hopen dat de reis voorspoedig zal verlopen. Ik zal de volgende dag met de bus naar Nouna terugkeren. Bij aankomst in Nouna wordt het computermateriaal opgeslagen in een laboratorium van het provinciaal atheneum dat bij gebrek aan uitrusting niet gebruikt wordt. Ousmane heeft van de directie de toestemming gekregen om dit laboratorium voor de computeropleiding te gebruiken en als dusdanig voor een tijdelijke periode van vijf maanden als computerklas in te richten. Bij nader inzien blijkt deze zaal inderdaad zeer geschikt als informaticaklas. De geruite ramen en het vals plafond zorgen voor een aangename ‘koele’ temperatuur in de zaal en beschermen de computers tegen het stof.

De computerklas van binnen


Het computermateriaal van Close the Gap


Flatscreens van Close the Gap


De interne batterij van enkele computers dient heropgeladen te worden.


De stoelen zijn geproduceerd in het lasatelier.

Ondertussen wordt ook Innocent met zijn leerjongens in het lasatelier aan het werk gezet voor de productie van 40 stoelen en 35 tafels, want het goede nieuws is dat de sponsor niet alleen de aankoop van de computers en het transport voor zijn rekening heeft genomen, maar ook de middelen ter beschikking stelt voor het meubilair van de computerklas. Wat een bof!

In het lasatelier last Amadou het kader van de tafels in elkaar.


Boureima slijpt het kader van de tafels bij.


Boureima bij het schilderen van het kader van een tafel


Ziedaar een tafel!

Naarmate 2009 op haar einde loopt, draait de voorbereiding voor de computeropleiding op volle toeren. De APJEK kan voor haar vorming beschikken over een aangepaste zaal, het computermateriaal is aanwezig, het meubilair wordt in orde gebracht, de lesgever is gecontacteerd en al de leerkrachten van het middelbaar onderwijs in Nouna zijn op de hoogte gebracht. Nu is het alleen nog wachten op de start van de opleiding zelf in het begin van januari 2010. Concreet gaat het om een vorming van vijf maanden voor twee groepen van 15 leerkrachten van het middelbaar onderwijs. De vorming wordt georganiseerd als avondcursus waarbij elke groep in totaal vier uur les per week krijgt (2 x 2 lesuren per week). Het lessenpakket bevat Word, Excel en Powerpoint. In ieder geval een eerste belangrijke stap in onze poging om de kennis van informatica tot gemeengoed te maken ten voordele van de jeugd.