maandag 8 februari 2010

Scholen in Kaminiankoro en Bwanekuy

Op dinsdag 19 januari 2010 gaat het richting lagere school van het dorp Kaminiankoro voor een laatste inspectie van de renovatiewerken die Afrant heeft gefinancierd. In feite gaat het om een formaliteit, want de werken zijn reeds afgerond sinds augustus 2009, maar de ‘inhuldiging’ is steeds weer uitgesteld omwille van de moeilijke bereikbaarheid van het dorp in het najaar door wateroverlast en een drukke agenda. Toen ik de lagere school van Kaminiankoro in oktober 2008 bezocht, waren de pijnpunten aan het gebouw overduidelijk. Een goede ventilatie stelde een probleem, want de ramen van de drie klaslokalen waren veel te klein. In elk lokaal krijgen immers tot meer dan 60 leerlingen als sardientjes in een blik les. Bovendien was de staat van de betonnen vloer in de klassen allesbehalve. Op sommige plaatsen ontbrak de bovenste laag beton, waardoor de vloer helemaal niet meer vlak was. Tenslotte bleek ook het dak in belabberde staat, een probleem dat wel vaker voorkomt, en dreigde de bepleistering aan één van de buitenmuren eraf te donderen. Hoewel abbé Simon Konkobo, de priester die de financiën van het bisdom Nouna beheert en tevens afkomstig van Kaminiankoro, een aantal kleine correcties voorstelde, was ik eerder voorstander van een algehele renovatie. Dus werd er een dossier voor de renovatiewerken opgesteld en Afrant keurde enkele weken later dit dossier goed. Tijdens de kerstvakantie van 2008 gingen de werken van start.

September 2008: de lagere school van Kaminiankoro


September 2008: de vloer in een klaslokaal van de lagere school van Kaminiankoro

Op dinsdagnamiddag rijden abbé Konkobo en ikzelf in het gezelschap van de inspecteur van het lager onderwijs en de vorige directeur van de lagere school van Kaminiankoro (die dit jaar naar Nouna is overgeplaatst) dus naar Kaminiankoro op zo’n 20 km van Nouna. Het is zeker niet mijn bedoeling om ons bezoek aan de school al te lang te laten duren. Ik wil mij gewoon van het eindresultaat van de renovatiewerken vergewissen en voor het dossier het bewijs op foto vastleggen. Dat is echter buiten de lokale bevolking gerekend. We worden ontvangen door een waar feestcomité. Zoals het bij een plechtige inhuldiging hoort, wordt er een hele serie toespraken afgewerkt. Ook ik mag daarbij nog eens het beste van mezelf geven.

Leerlingen en ouders staan ons op te wachten aan de school.


Het ontvangstcomité van Kaminiankoro (rechts)

Daarna inspecteren we de toestand van het schoolgebouw en zien dat het goed is. Al de ramen zijn vervangen door een groter model. Op die manier kan dus voldoende zuurstof binnenwaaien om de kleine grijze cellen behoorlijk te doen werken. In de drie klaslokalen ligt nu terug een vlakke vloer, de dakplaten zijn vervangen en de buitenmuren zijn opnieuw bepleisterd. Meteen maak ik van de gelegenheid gebruik om aan de directie nog een heel aantal schriften van Samson te overhandigen.

Januari 2010: de lagere school van Kaminiankoro


Januari 2010: de vloer werd mooi hersteld.


Januari 2010: de bepleistering valt er niet meer af en het dak werd opnieuw gelegd.


Het schoolmateriaal wordt aan de leerkrachten overhandigd.

Vervolgens is het tijd om de gasten met geschenken te overladen. Ik word de trotse eigenaar van een schaap. Ondanks het feit dat abbé Konkobo zo snel mogelijk naar huis wil vertrekken om een voetbalmatch van de nationale ploeg van Burkina Faso te volgen, kunnen we niet vertrekken zonder eerst rijkelijk te eten en te drinken. Wat op het eerste zicht een droge inspectie leek, werd toch een fijne namiddag…

Ik word de trotse eigenaar van een schaap.

Op zaterdag 23 januari trek ik samen met abbé Samuel Traoré naar Bwanekuy, een dorp op enkele kilometers van de grens met Mali. In Bwanekuy heeft Afrant in de loop van het schooljaar 2008-2009 een lagere school gebouwd. Dit dorp ligt op zo’n 50 km ten westen van Nouna, dus dat betekent een eindje rijden op de brommer, maar de weg valt al bij al wel goed mee. We doen het rustig aan en om te vermijden dat ons bezoek aan de school een race tegen de klok wordt, breng ik zaterdagavond de nacht door in de ‘pastorie’ van Zekuy bij abbé Samuel en abbé Rémi. Voor de inwoners van Zekuy is de winter geen pretje, want ’s nachts kan de temperatuur er wel tot 9°C dalen. En eerlijk gezegd, na twee Burkinese winters te hebben meegemaakt voelt dat voor mij ook al behoorlijk koud aan.

Bomen zorgen voor schaduw voor de lagere school van Bwanekuy.

Ons bezoek aan de lagere school van Bwanekuy is onaangekondigd en daar ben ik eigenlijk niet rouwig om, want dan wordt niet het hele dorp op stelten gezet. Ik wil immers maar snel even de school met mijn eigen ogen zien. Twee jaar geleden bezocht ik met Eric Deckers Bwanekuy en toen werden we geconfronteerd met een eigenaardige situatie. Werkmannen waren bezig in het midden van de brousse een aantal toiletten te metsen zonder dat er sprake was van een deftig schoolgebouw. In die periode moest de directeur zich nog met een lemen hangar tevredenstellen als locatie om zijn leerlingen te onderwijzen. De toiletten bleken gefinancierd door een Deens gezondheidsproject.

De wetenschappen zijn doorgedrongen tot Bwanekuy.

Heden ten dage heeft de lemen hangar echter plaatsgemaakt voor een stevig stenen schoolgebouw met drie klaslokalen en een bergruimte. Bovendien zijn ook drie woningen voorzien om de onderwijzers te huisvesten. Bij het binnenrijden van Bwanekuy is de school het eerste wat we zien. We worden ontvangen door de directeur die reeds vijf jaar in Bwanekuy lesgeeft en zijn collega-leerkracht. Voorlopig zijn er door het ministerie van onderwijs maar twee onderwijzers aan de school toegewezen.

De woning van de directeur

Ik ben vooral tevreden over de inplanting van de drie woningen rond de school. De woningen zijn op voldoende grote afstand van de school en van elkaar gebouwd om de privacy van elke onderwijzer te garanderen. Ook staan er voor de school heel wat bomen die voor veel schaduw zorgen. Het voorzien van schaduw is onontbeerlijk in een land waar de zon haar kracht onverbiddelijk laat blijken. Ook voor de leerlingen van Bwanekuy heb ik nog zo’n 200-tal schriftjes meegenomen om mooi tussen de lijntjes te leren schrijven. De directeur zegt me dat deze goed van pas zullen komen, want de schriften die men van het ministerie ontvangen heeft, zijn op en zelfs wanneer de ouders het geld hebben om nog schriftjes bij te kopen (wat veeleer uitzonderlijk is), zijn dergelijke schriftjes niet altijd beschikbaar.

Geen opmerkingen: